(Hoogeveen 1854 - 1921) Zoon van de afgescheiden dominee Jan Bavinck (1826-1909), die zijn opleiding kreeg bij ds. Wolter Alberts Kok te Ruinerwold.
Herman Bavinck studeerde te Kampen en Leiden en promoveerde in 1880 op De Ethiek van Ulrich Zwingli. Hij was kort werkzaam als predikant in Franeker. In 1883 werd hij docent aan de Theologische Hogeschool te Kampen en in 1902 hoogleraar aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Hij was dogmaticus, theoloog en filosoof en een van de voornaamste vertegenwoordigers van het moderne Calvinisme in Nederland. Zijn standaardwerk is Gereformeerde Dogmatiek (vier delen). Daarnaast schreef hij veel kleinere theologische en filosofische werken. Later ging zijn belangstelling vooral uit naar psychologie en pedagogiek. In Hoogeveen is het gereformeerde ontmoetingscentrum achter de Hoofdstraatkerk naar hem het Herman Bavinckhuis genoemd. Een straat aldaar draagt eveneens zijn naam.