Begrip
Houtzagerijen Meppel
Houtverwerkende bedrijven, waarvan er in Meppel begin 20e eeuw vier waren: de duigenzagerij van C. van Leijden en de houtzagerijen van B. Timmer, W. Vink en van Kleijenberg & Stolte. Kenmerkend voor deze bedrijven waren de molens om het hout te zagen en de aanwezigheid van water voor aan- en afvoer, én voor conservering van de boomstammen. Deze houtverwerkende bedrijven lagen dan ook allen aan vaarwater en waren in het bezit van zogenaamde balkengaten, de naast de houtzaagmolens gelegen afgravingen waarin de nog te verwerken houtstammen een tijdlang dreven. De firma Timmer was eerst gevestigd aan de »Hoogeveensche Vaart en had daar tevens een balkengat én later bij de Meppelersluis aan het »Meppelerdiep. Ook daar had men een balkengat. De firma Vink was aan de »Drentsche Hoofdvaart in de buurt van de »Galgenkampsbrug gevestigd en had daar haar balkengat. De firma Kleyenberg & Stolle maakte gebruik van een balkengat aan de Staphorsterweg - tegenwoordig Werkhorst - in de buurt van de Reest. In het eerste kwart van de 20e eeuw verdwenen alle 'oude' houtzagerijen uit Meppel. In 1932 vestigde zich tegelijk met het faillissement van de laatste - houtzagerij Timmer - de houthandel annex zagerij en schaverij TEKA in Meppel.