Een voormalige KOLONIEWONING, die behoort tot het oorspronkelijk bezit van de Maatschappij van Weldadigheid. Het pand is als onderdeel van 53 kolonistenwoningen tussen 1818 en 1824 gebouwd in een Ambachtelijk-traditionele stijl.
In 1818 kocht de Maatschappij van Weldadigheid het landgoed Westerbeeksloot dat rond 1614 was ontstaan na de vervening van een deel van de marke Vledder. Generaal Johannes van den Bosch had in datzelfde jaar 1818 de Maatschappij van Weldadigheid opgericht om de werkloosheid en de armoede in vooral de grote steden in westelijk Nederland te bestrijden. Hij wilde op woeste gronden landbouwkolonies stichtten en die waren in westelijk Drenthe, op de grenzen met Friesland en Overijssel, ruim voorhanden. Omdat de markegronden nog niet waren gescheiden, moest een andere oplossing worden bedacht. Van den Bosch kocht daarom in Vledder de nalatenschappen van de weduwe Van Heloma en van burgemeester S.J. van Royen op, samen ongeveer 600 hectare van het landgoed Westerbeeksloot. Op deze woeste grond werd in 1818 de eerste proefkolonie (‘volksplanting’) gesticht, in 1819 gevolgd door een tweede. Samen kregen zij de naam Frederiksoord, genoemd naar prins Frederik (1797-1881), de beschermheer van de Maatschappij en tweede zoon van koning Willem I. In de jaren daarna werden vervolgens de ‘vrije kolonies’ Willemsoord (III), Wilhelminaoord (IV), Ommerschans (V) en ‘aan de Vaart’ (kolonie VI, ten noorden van Wilhelminaoord) voltooid. Kolonie VII (Boschoord) bleef onvoltooid. In totaal werden in deze gebieden 400 koloniewoningen gebouwd waar kolonisten zich op vrijwillige basis vestigden.
De kolonies werden zeer planmatig opgezet en kregen het karakter van een langgerekte ontginningsnederzetting. Vooral op de kruispunten van wegen werden gebouwen met bijzondere voorzieningen opgericht zoals scholen, werkplaatsen, ambachtelijke bedrijven en bejaardenoorden. Met name de gebieden van Frederiksoord en Wilhelminaoord hebben het oorspronkelijke karakter goed weten te behouden.
De woning aan de Majoor van Swietenlaan 35 te Frederiksoord behoort tot één van de oudste types die oorspronkelijk heeft bestaan uit een bakstenen woongedeelte en een aan één zijde breder stalgedeelte, dat is opgetrokken in hout op een bakstenen basis.
De woning is in de loop der jaren aangepast aan modernere eisen. Rond 1875 zijn op de noordwest hoek twee slaapkamertjes aangebouwd en in 1957 zijn een toilet en douche ingebouwd. In 2006-2007 is de woning – die nog steeds in het bezit is van de Maatschappij van Weldadigheid – gerestaureerd en aan de zuidoostzijde uitgebreid met een houten aanbouw voorzien van pannen, naar ontwerp van B+O architecten te Meppel.
Deze laatste uitbreiding valt vanwege de geringe ouderdom buiten de provinciale bescherming.
De erfinrichting is zeer sober en bestaat voor het grootste gedeelte uit gazon, met een klinkerpaadje naar de voordeur en een terras aan de achterzijde van de woning.
De woning ligt aan de Majoor van Swietenlaan, een lint waaraan uit de bouwtijd nog een aantal koloniewoningen en een aantal grotere gebouwen staan, zoals het postkantoor, de voormalige bos- en tuinbouwschool, een hotel, bakkerij en Huis Westerbeek. Overig modernere, verspreid staande, voornamelijk lintbebouwing. Het pand valt net buiten het onlangs aangewezen Beschermd Dorpsgezicht Frederiksoord-Wilhelminaoord. De woning heeft tevens een relatie met Huis ‘Westerbeek’, het hoofdgebouw van de Maatschappij van Weldadigheid, waarvan zich de oprijlaan schuin tegenover Majoor van Swietenlaan 35 bevindt.
Klik hier voor meer informatie over dit monument.