Wegdorp met verspreide bewoning aan de gelijknamige weg in de gemeente Coevorden (tot 1998 Sleen) tussen Noord-Sleen (zuidwesten) en Odoorn (noordoosten).

De naam vloeit voort uit gekibbel (twist) om veengrond, omdat hier vroeger niet systematisch ontgonnen werd. In de jaren '20 van de 20e eeuw werd op initiatief van de Commissaris der Koningin J.T. Linthorst Homan de N.V. Ontginningsmaatschappij Het Landschap Drenthe opgericht. Hierin konden gemeenten deelnemen om de werkloosheid te lijf gaan door ontginningen uit te voeren en landbouwbedrijven te stichten. Eén van de grotere projecten was dat te Kibbelveen. Het gebied heet officieel Noordslener Veen.

In 1918 werd de landontginningsmaatschappij Kibbelveen opgericht, in 1926 een wijk door het veen gegraven en in 1928 gestart op 250 ha in het oude veen, dat door wilde ontginning vol plassen was geraakt. Het terrein werd geëgaliseerd met zand van de zandruggen, aangevoerd via 't Haantje; daarna werden hier boerderijen gebouwd. Na de eerste teelt van lupinen ten behoeve van stikstofverrijking van de grond werden aardappelen, haver en rogge verbouwd.