Ook: Noordsche Veld
Deels ontgonnen heideveld op een zandrug tussen twee dalen ten noorden van Zeijen met thans nog een hunebed, vele grafheuvels, enkele zogenaamde hoogakkers en delen van een omvangrijk Celtic field (op oude stafkaarten vermeld als 'Romeinsche legerplaats').
Een groot deel van de oorspronkelijk ongeveer 120 grafheuvels en van het Celtic field is weggegraven in 1943/1944 in verband met de aanleg van een schijnvliegveld door de Duitse bezetter. Ze konden nog worden onderzocht door Van Giffen die sinds 1916, veelal in het kader van ontginningen, al verschillende opgravingen in het gebied had verricht, onder meer van twee door palissaden en wallen omgeven stapelplaatsen uit de late IJzertijd en het begin van de Romeinse tijd. Een was gelegen aan de rand van een pingoruïne (het Witteveen). De onderzochte grafheuvels dateren uit Neolithicum, Bronstijd en IJzertijd.
Een opvallende groep grafheuvels op het hoogste gedeelte van de rug staat bekend als de Negen Bargen. Tot het archeologische complex kunnen ook worden gerekend een aantal grafheuvels dat gelegen is in de Zeijer Strubben tussen de es van Zeijen en het Noordse Veld.
Het terrein is bezit van Staatsbosbeheer. De bosaanleg, na ontginning van de heide, vond plaats in de jaren 1940/1941. Daarmee ontstond de boswachterij Zeijen. Belangrijkste boomsoorten nu zijn Zomereik en Lariks. In de heide komen de gebruikelijke soorten van zowel droge als natte heide voor. De heide wordt periodiek gemaaid en permanent begraasd door Schotse Hooglandrunderen.