Verscheen vanaf 4 juli 1851 onder deze naam. Voorganger was de Drentsche Courant (zie: Nieuws- en Advertentieblad voor de provincie Drenthe). Binnen een jaar werd de PDAC door de eigenaar, drukkerij-uitgeverij Van Gorcum, verkocht aan J.A. Willinge Gratama (1819-1886). Deze was tot dan toe advocaat en procureur, maar in het vervolg zou hij zich uitsluitend bezig houden met het redigeren en uitgeven van de krant. Hij begon een eigen drukkerij en moest onmiddellijk het hoofd bieden aan de concurrentie van de firma Van Gorcum, die met Nieuwe Drentsche Courant (NDC) begonnen was. Op 29 maart 1854 was de strijd gestreden, waaruit Gratama als winnaar te voorschijn kwam.
Behalve de Gratama's, die duidelijk een stempel op het blad drukten, droeg ook de journalist Harm Boom in belangrijke mate bij tot de populariteit van de krant. Aanvankelijk schreef hij - wonende in Den Haag - politieke hoofdartikelen voor de PDAC; in 1860 werd hij benoemd tot mederedacteur.
Na de dood van Willinge Gratama in 1886 werd het bedrijf voortgezet door zijn zoons A.W. en M.H. Gratama, die er een familievennootschap van maakten. Dat zou het blijven tot september 1902, toen M.H. Gratama alle aandelen kocht. Enige jaren daarvoor was een nieuw gebouw aan de Torenlaan in gebruik genomen; het zou bijna negentig jaar onderdak bieden aan de redactie en ruim vijfenzestig jaar aan de drukkerij.
Toen M.H. Gratama alleen aan het roer stond, koos hij voor zijn bedrijf de voor de hand liggende naam Drukkerij Torenlaan N.V. Provinciale Drentsche en Asser Courant. Na WO II is de krant verscheidene keren in andere handen overgegaan, achtereenvolgens van de Nederlandse Dagbladunie, de Drents Groningse Pers BV, Wegeners Couranten Concern, J.D. van der Veen BV en Hazewinkel Pers. De naam evolueerde via Drentse en Asser Courant tot Drentse Courant. In 2002 werd laatstgenoemde samengevoegd met het Nieuwsblad van het Noorden onder de nieuwe naam Dagblad van het Noorden.