(Bad Driburg, Dld. 1792 - Nieuw-Buinen 1860) Fabrikant.
Werd in 1838 de eerste directeur van de op instigatie van de Winschoter notaris/wijnhandelaar Viëtor gestichte glasfabriek te Nieuw-Buinen. Later zelf eigenaar. Thöne bouwde de fabriek gestaag uit: in de jaren 1840 werkten er 30 à 40 mensen, tien jaar later al rond de 100. De arbeidsomstandigheden waren er echter berucht. Als vermogend katholiek droeg hij bij aan de bouw van de katholieke kerk te Stadskanaal. De fabriek werd na Thönes dood voortgezet door diens zoon Johann Hendrik.