Dorp in de gemeente Emmen ten zuiden van Emmen ter weerszijden van de Verlengde Hoogeveensche Vaart, met de schutsluis Ericasluis. Het dorp telt 4864 inwoners en 1926 woningen. (in 2010)
De plaatsnaam is afgeleid van de wetenschappelijke plantnaam voor dopheide. Op de plaats van het huidige dorp zou een keet met die naam hebben gestaan.
Oorspronkelijk een dorp van veenboekweitboeren, ontstaan na 1860 na de totstandkoming van de Verlengde Hoogeveensche Vaart en het Oranjekanaal; thans akker- en tuinbouwcentrum. De kascomplexen zijn geconcentreerd tussen de Verlengde Hoogeveensche Vaart en het Dommerskanaal ten zuidwesten van het dorp en reiken tot Amsterdamscheveld. In 1959 ontstond het tuinbouwcentrum Erica I, in 1967 Erica II; de producten zijn vnl. groenten en bloemen. De meeste tuinders zijn afkomstig uit Zuid-Holland (75%).
Erica werd in 1866 een parochie, toen zich hier veel katholieke veenarbeiders uit Slagharen hadden gevestigd. Aanvankelijk was hier een noodkerk, die in 1870 omwaaide. De kerk van Erica was een grote zaalkerk voor 338 zitplaatsen. Hoewel er in de omgeving veel nieuwe parochies ontstonden, bleef de kerk te klein. In 1931 werden er tribunes bijgebouwd. Twee jaar later was de aanbesteding voor de nieuwe kerk. De Maria Onbevlekt Ontvangen-kerk werd ontworpen door architect Clemens Hardeman uit Oldenzaal en in 1934 geconsacreerd. Het interieur is in de jaren 1969-1970 vernieuwd. Sinds 1884 had Erica een Nederlandse hervormde evangelisatie, in 1946 werd het een Hervormde Gemeente.
Bezienswaardig zijn de monumentale rooms-katholieke kerk, de achtkante rietgedekte houten stellingmolen (1897), de Ericasluis in de Verlengde Hoogeveensche Vaart en het beeld 'De Kanaalgravers'. De nu leegstaande turfstrooiselfabriek zal worden omgebouwd tot een congrescentrum.