(Den Haag 1839 - Hoogeveen 1896) Israëlitisch godsdienstleraar te Hoogeveen van 1866-1896.
Was na zijn opleiding achtereenvolgens godsdienstonderwijzer in Herwijnen, Edam en Zaandam, waar hij in 1864 trouwde met Lotje de Haan. Op 1 mei 1866 trad hij in functie als rabbi in Hoogeveen. Als besnijder (moheel) werd hij in 1867 toegelaten in het hele ressort Drenthe. In 1872 stichtte hij in Hoogeveen een noordelijk kleinseminarie voor de opleiding van godsdienstonderwijzers.
Hij kalligrafeerde wetsrollen, o.a. voor de joodse gemeenten in Smilde en Doetinchem en schreef teksten voor gebedsriemen en mezoeza's. Hij was actief in diverse plaatselijke comités en verenigingen en bestuurslid van de Liberale Kiesvereniging. Hij overleed in 1896, 56 jaar oud. Bij zijn begrafenis op zondag 28 juni, werd onder meer het woord gevoerd door Harm Smeenge.