logo Geheugen van Drenthe

Locatiedossiers

Angela Velberg

Ineens waren alle ogen op meneer Saptenno gericht. Hij keek ons wat angstig aan, schraapte zijn keel … en viel flauw. Grote schrik bij de leerlingen.

Angela Velberg - Schattenberg … een jeugd herinnering

Het was een ochtend zoals alle andere. Mijn tweelingzusje Pam en ik speelden wat ongeïnteresseerd met de te dikke Brinta pap die we ’s ochtends van mijn moeder moesten opeten (is goed voor je weerstand, kind). Onze grote broer Ton, probeerde net als alle andere ochtenden , de evenzo verplichte levertraan capsule in onze pap te gooien zodat die zou smelten en de hele pap een vieze levertraan smaak kreeg. We ruzieden wat met elkaar over wie de fiets mocht gebruiken en wie lopend naar school moest .. kortom een ochtend als alle andere, totdat we op het schoolplein aankwamen. Er heerste een opgewonden stemming. Kleine groepjes klasgenoten die geheimzinnig half fluisterend met elkaar aan het smoezen waren.. ”er is een nieuwe Kwekeling (zo noemden we destijds een stagiair van de Kweekschool, de voorloper van de P.A. (de pedagogische academie) en hij is BRUIN… om met een korte blik op de drie net aangekomen Indo’s (mijn zusje, mijn vriendinnetje en ik) er aan toe te voegen “net als jullie”.

Dat was groot nieuws! Verwachtingsvol gingen we de klas in. En daar was hij! Een vriendelijk glimlachende meneer die heel veel leek op onze ooms, broers, vaders en neven. Dat gold niet voor alle kinderen. De andere kinderen in de klas vonden hem vooral een bezienswaardigheid. Hij werd voorgesteld door onze leraar: Jongens, dit is meneer Saptenno en hij is onze nieuwe Kwekeling.

Ineens waren alle ogen op meneer Saptenno gericht. Hij keek ons wat angstig aan, schraapte zijn keel … en viel flauw. Grote schrik bij de leerlingen. Onze leraar ving hem op, zette de alweer bijgekomen Kwekeling op een stoel gaf hem een glaasje water en mompelde iets over zenuwen. We waren allemaal erg onder de indruk en vonden ook dat we die arme meneer Saptenno moesten helpen om niet zo zenuwachtig te zijn als hij voor de klas stond.

In de pauze zochten we hem op en maakten een praatje. Hij was erg vriendelijk en we wilden van alles over hem weten. “Bent u al getrouwd?” Heeft u huisdieren?” “Waar woont u?” Meneer Saptenno gaf geduldig antwoord op alle vragen: “nee, ja een hond, in Schattenberg….” Schattenberg? Daar hadden we nog nooit van gehoord. Nog meer vragen: “Waar ligt dat, hoe ziet dat er uit, wie wonen er nog meer, waarom dan en waarom niet en hoezo wel”….we denken achteraf dat hij onze vragen spuugzat was en ons daarom maar uitnodigde om zelf eens te komen kijken. Dat leek ons een geweldig avontuur. Naar een plek waar niemand van onze klas nog geweest was én op visite bij de nieuwe Kwekeling…..alleen nog even aan mama vragen. Omdat meneer Saptenno wel begreep dat we niet zomaar mee konden bood hij aan diezelfde middag nog langs te komen om onze ouders te vragen of we mochten komen logeren. Zo gezegd zo gedaan en wonder boven wonder mochten we gaan! SUPER!

Dat weekend was het zover. We werden naar Schattenberg gebracht met een tasje met logeerspullen onder de arm (pyjama, tandenborstel en verschoning) en een cadeautje voor de moeder van meneer Saptenno omdat we bij haar mochten logeren. We waren er helemaal klaar voor. Meneer Saptenno stond ons al op te wachten en stelde ons direct voor aan zijn ouders. Het is me verteld dat wij in barak 44 zijn geweest. Onze spulletjes mochten we al vast op het logeerkamertje brengen en nadat we de hond hadden geaaid en onze thee met koekjes erbij op hadden, kwamen er twee hele verlegen meisjes binnen. Het was een nichtje van meneer Saptenno: Silvy Saptenno en haar vriendinnetje Saartje Noija. Ze waren net zo oud als wij en vroegen of we mee wilden spelen. Leuk! We gingen allemaal naar buiten en Silvy en Saartje lieten ons Schattenberg zien. De barakken (waarom wonen jullie niet in een gewoon huis?), de speelpleintjes achter de barakken, de plek waar de vuilnis werd neergelegd (pas op, ’s avonds lopen hier ratten!) en nog veel meer. Omdat er niet vaak logeés kwamen en al helemaal geen Indische meisjes uit de stad, trokken we aardig wat bekijks. Dat kwam Silvy en Saartje goed uit want zo waren er genoeg kinderen om kastie-bal te spelen. Dat spel kenden we nog niet en geduldig werd het ons door álle aanwezige kinderen uitgelegd. Omdat iedereen door elkaar sprak en steeds harder ging schreeuwen, begrepen we er niet veel van maar besloten gewoon mee te doen. Tijdens het spel leerden we al snel dat er maar twee woorden belangrijk waren: “Kembali” (terug) en “Terus” (doorgaan). Ja, het was een stoomcursus Maleis. Die woorden moest je op het juiste moment hard gillend - degene die liep - toeschreeuwen én met zoveel mogelijk kinderen, anders kwam het niet goed. Nadat we de hele middag buiten hadden gespeeld (gehold, gegild en gelachen) kregen we heerlijk eten van de moeder van meneer Saptenno, en mochten we nog even opblijven. Er kwamen steeds mensen binnen die kwamen wat drinken en kletsen, lachten ons vriendelijk toe en vertrokken weer om plaats te maken voor weer andere mensen. Meneer Saptenno kreeg veel visite die avond. We bleven op de logeerkamer nog heel lang napraten over alles wat we hadden meegemaakt en waren erg tevreden over ons zelf. Dat hadden we toch maar mooi voor elkaar gekregen. De klasgenootjes die niet waren uitgenodigd ,waren natuurlijk stikjaloers en we konden niet wachten om onze verhalen met hun te delen.

De volgende ochtend werden we na het ontbijt al weer opgehaald en uitgewuifd door bijna alle kinderen waar we de vorige dag mee hadden gespeeld. Silvy en Saartje voorop. We beloofden dat we gauw weer zouden komen logeren, maar omdat meneer Saptenno niet zo heel lang Kwekeling bij ons op school is geweest, is dat er nooit meer van gekomen.

Angela Velberg
Beilen, 19 januari 2021

Alle rechten voorbehouden

Geheugen van Drenthe maakt gebruik van Erfgoednet 3.0 een product van Vitec Memorix