Coba de Fretes
Rat vangen in barak 85
Rat vangen met mijn broertje. Ik moet een jaar of 7 zijn geweest en mijn broertje Oleng, 6 jaar. We woonden toen in barak 85 kamer 1 in kamp Schattenberg. We hadden het rijk alleen, mijn vader en moeder waren in de kebon bezig. Schoffelen, wieden en water geven met water uit de sloot, de kampgracht. Mijn jongere broertjes en zusjes waren in huis aan het spelen, Oleng moest oppassen en ik moest de afwas doen in de kamar mandi (het bad gedeelte). De kamar mandi was een ruimte waar een 2 meter lange betonnen bak stond (middenin was een goot waar het water wegliep, via een open overstort naar een riool). Erboven was een loden pijp met daaraan kranen bevestigd.
Terwijl ik aan het afwassen was, vloog er een rat langs me heen en verdween in een gat naast de open overstort. Helemaal in paniek haalde ik mijn broertje op. Hij deed heel stoer en had een lumineus idee, “ik haal kokend water op en giet het in dat gat. Zodra de rat naar buiten komt, moet je hem doodtrappen”. Zogezegd zo gedaan, Oleng goot het kokendhete water in het gat en ik stond naast het gat klaar (met plastic slippers aan) om de rat dood te trappen als hij eruit kwam. Het duurde even en ja hoor, daar kwam hij, ik trapte op de rat , hij beet mij in mijn enkel en vloog weg. Einde van het liedje was een pak slaag van pa, die was gewaarschuwd door mijn gegil en een tetanus prikje in de kliniek van oom Wattimena.
Coba de Fretes
Assen, 17 nov 2020
Alle rechten voorbehouden