Ik heb tijdens mijn kinderjaren, bijna zes jaar in Schattenberg gewoond, totdat we naar Assen verhuisden in 1970.
Ik heb zoveel herinneringen, zoals mijn eerste en enige step, een rode. Of mijn pogingen om te leren fietsen op een veel te grote fiets met mijn grote zus Nona achter me aan. Uiteindelijk toch gelukt.
Ik herinner mij de, voor mijn kindervoetjes, lange tochten naar het Badhuis om te douchen, een kampeergevoel. Ook dat we met maar een paar centen op zak, naar de toko van tante Polnaya in barak 16 snoepjes gingen kopen en onderweg naar die grote pauw keken. Hopend dat hij een veertje voor me zou laten. Dat had ik mooi gevonden. Met mijn moeder de hele weg naar de bushalte van Harmanni lopen om de bus te nemen naar Assen. Als het veel regende, bleven wij, in de voor mij grote en lange gang van barak 22, spelen.
Mijn broers gingen achter de ratten aan, maar die waren niet bang voor ons.
De Apollo maanlanding staat me nog goed bij. Met zijn allen gekluisterd zitten voor de kleine zwart-wit TV tot aan de ochtend. Regelmatig werd er aan de antenne gedraaid als het beeld weer vervaagde of stoorde. Maar ik herinner mij ook de koude winters, met de ijsbloemen tegen de ramen en de aan het dak hangende ijspegels. We sliepen met zijn drieën of soms met zijn vieren in bed met extra sokken aan tegen de kou. Het was een mooie zomer in 1969.
Nog een herinnering. Wij, mijn oudere broer en ik liepen vanaf de barak al spelend richting het Ketelhuis, de “Stoom”. De hoge schoorsteen was van overal in Schattenberg zichtbaar. Daarnaast buiten het gebouw was een kraan, het warmwaterpunt.
We hadden een lege zinken teil bij ons.
Daar vulden wij de teil met gloeiend heet water. “Awas, hati-hati, mendidih” (pas op, wees voorzichtig, het is heet!) hoorde ik mijn moeder, mama Agus, nog zeggen. De terugtocht duurde heel wat langer. De gevulde teil was zwaar en wij wisselden regelmatig onze posities, van rechts naar links en omgekeerd. En we moesten ook nog rekening houdend met elkaars hoogteverschil. Onze blik gericht op het klotsende hete water, voorzichtig en al schuifelend in het zelfde tempo kwamen wij eindelijk weer thuis. De teil kreeg een mooie plek met uitzicht op de 'batoe kerikil', het grindveld, bij de platanen voor ons huis. De temperatuur van het water was ondertussen perfect geworden, handdoek erbij en badderen maar. Ik was een jaar of 5.
Nelly Pelupessy - Peize, 16 november 2020
Alle rechten voorbehouden