Begrip
Mandenberg, Grote
In fasen opgehoogde grafheuvel op het Balloërveld, in 1933 onderzocht door A.E. van Giffen, met centrale vondstloze lijkbijzetting en onregelmatige paalkrans uit het late Neolithicum, een centrale, door een regelmatige paalkrans omgeven, eveneens vondstloze lijkbijzetting uit de midden-Bronstijd, een zevental perifere lijkbijzetingen in boomkisten, waarvan twee met bijgaven van bronzen ringen en armbanden en één met drie gouden ringetjes, eveneens uit de midden-Bronstijd, een ringsloot en enkele nabijzettingen van crematies, deels in urn, uit de late Bronstijd en/of de vroege IJzertijd. Aan de voet bevonden zich enkele, door rechthoekige greppel of staketsel omgeven vondstloze ophogingen uit de midden- of late IJzertijd.
Literatuur
- Lit.: A.E. van Giffen, 'Het Ballooër Veld, ndl. van Balloo, gem. Rolde', NDV 53 (1935)
- W. de Gans en P. Cleveringa, 'Het Ballooërveld', Grondboor en Hamer 40 (1986) nr. 5.