Onderwijzer en schrijver.
Bezocht de christelijke kweekschool in Dordrecht en werd onderwijzer in Papendrecht, Ridderkerk en Ooltgensplaat. Van 1959 tot 1988 hoofd en directeur van de Mijndert van der Thijnenschool in Coevorden. Woont thans in Dalen.
Ontwikkelde zich tot regionaal historicus en debuteerde in 1976 met 700 jaar Dalen. Daarna volgden Coevorden, stadt en heerlickheyt (1977) en Schoonebeek, de eeuwen door (1980). Lokale historie beoefende hij ook met Stap voor stap door Dalen en Schoonebeek (1984), Stap voor stap door Coevorden (1989), Aleida Kramer's Stichting (1992), Vijfendertig jaar Schutse (1993) en Heeren en Meesters (2001). Van provinciale betekenis zijn Dwars door Drenthe (1986), drie delen Drentse Monumentjes (2001-2002) en Velt en Vecht streekeigen (2000). Voorts gedenkboeken van scholen: School in het veen (1993), 75 jaar Chr. Volksonderwijs Coevorden (1998) en Een eeuw Paul Krugerschool (2003). Voor het boek Wilhelminaschool 1898-1988 (1988) schreef hij de historische inleiding. Op het gebied van de kerkgeschiedenis verschenen Driehonderdvijftig jaar Herv. Gemeente Coevorden (1991), De kerk van Dalen (1995) en Kerk in 't midden (1998). De op historische gegevens berustende verhalenbundel Glimlichten (1990) en de misdaadroman Dodelijk Intermezzo (1995) nemen in zijn oeuvre een aparte plaats in.
Minderhoud was redacteur van het maandblad Drenthe en het daarop volgende Drenthe Totaal; voor beide bladen schreef hij artikelen. Voorts schreef hij voor de Hoogeveensche Courant en verleende hij zijn medewerking aan diverse regionaal-historische boeken. Van 1990-1996 was hij volmacht/penningmeester van de Drentse Schrieverskring. Als verteller vervult hij veel spreekbeurten. In Coevorden was hij o.a. voorzitter van het Stedelijk Museum Drenthe's Veste en van de historische vereniging Stadt en Heerlickheydt Coevorden. In deze stad treedt hij op als stads- en kasteelgids.