(Den Haag 1835 - Den Haag 1925) Schilder.
Leerling van zijn vader, de landschapsschilder Hendrikus van de Sande Bakhuyzen, en van de Haagse academie. Legde zich vooral toe op het schilderen van landschappen, waarin bomen vaak een prominente plaats innemen. Van de Sande Bakhuyzen kwam omstreeks 1875 voor het eerst naar Drenthe en verbleef daar de laatste veertig jaar van zijn leven bijna elke zomer en najaar, soms in gezelschap van zijn zuster Gerardine. Hij werkte ondermeer in Gieten, Eext, Borger, Drouwen, Rolde, Zweeloo, Aalden, Wezup, Hooghalen en Exloo. In dit laatste dorp bracht hij vanaf 1896 tot zijn dood iedere zomer door. Hij geldt als vooraanstaand vertegenwoordiger van de Haagse School.