Kunstwegen met rails waarover treinen rijden ten behoeve van personen- of goederenvervoer.
De eerste spoorlijn in ons land werd in 1839 geopend. In Drenthe was dat op 1 oktober 1867 het geval. Het was de lijn Zwolle-Meppel die slechts voor 200 m op Drents gebied ligt. De spoorweg was aangelegd door de Nederlandse staat en werd geëxploiteerd door de in 1863 opgerichte Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen (SS).
Op 15 januari 1868 werd de lijn Meppel-Heerenveen geopend, die over een afstand van 9 km op Drents grondgebied ligt. Op 1 mei 1870 volgde de lijn Meppel-Hoogeveen-Assen-Groningen. Daarmee werd een goede aanzet gegeven voor de ontsluiting van Centraal-Drenthe.
De thans nog aanwezige spoorlijn Coevorden-Emmen werd in 1906 aangelegd op basis van een aan de Noord-Ooster Lokaal Spoorweg (NOLS) verleende concessie voor een aan te leggen spoorlijn Zwolle-Stadskanaal-Delfzijl. Dit geldt eveneeens voor de in 1910 geopende lijn Coevorden-Neuenhaus (Dld). De exploitatie van de NOLS-lijnen werd toevertrouwd aan de Staatsspoorwegen (SS). In 1938 werd deze spoorwegmaatschappij verkocht aan de N.V. Nederlandse Spoorwegen (NS).
Voor de verdere openlegging en ontwikkeling van de provincie was Drenthe hoofdzakelijk aangewezen op tramwegen. Als spoorlijnen van latere datum zijn nog te noemen: de verbindingslijn naar de VAM te Wijster die in oktober 1931 in gebruik werd genomen, de olielijn van Nieuw-Amsterdam naar Schoonebeek, die in december 1946 werd geopend en ten slotte de kort na de oorlog weer opgebroken enkelvoudige spoorwegaftakking van Hooghalen naar Kamp Westerbork, die het mogelijk maakte dat vanaf 2 november 1942 de wekelijkse deportatietrein vanuit het kamp kon vertrekken.
Zie ook: Lokaalspoorweg; Smalspoor.