Uit moeras op laagveen ontwikkelde weidegronden.
Door het eeuwenlange extensieve agrarische beheer hadden grassen een belangrijk aandeel in de begroeiing naast vele moerasplanten, waaronder grote en kleine zeggen. Er is een grote rijkdom aan plantensoorten, doch als broedgebied voor eenden (o.m. Zomertaling en Slobeend) en weidevogels (o.a. Watersnip, Grutto, Tureluur en Kwartelkoning) hebben deze gronden bijzondere betekenis. Door agrarische intensivering zijn de natuurwaarden in de vorige eeuw sterk verarmd. Met name in Noord-Drenthe trachten natuurterreinbeherende organisaties deze waarden opnieuw te ontwikkelen.