(Middelstum 1943) Archeoloog.
Studeerde biologie en prehistorie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Promoveerde in 1979 op Pre-Roman urnfields in the north of the Netherlands. Sinds 1976 is hij verbonden aan het Biologisch-Archaeologisch Instituut. Van 1983 tot 1986 was hij gedetacheerd bij het Drents Museum, waar hij leiding gaf aan de archeologische afdeling.
Van 1977 tot 1996 leidde hij de grootschalige opgravingen in Peelo, waar nederzettingssporen uit de IJzertijd, Romeinse tijd en Middeleeuwen tevoorschijn kwamen (zie onder meer artikelenserie 'Project Peelo' in Palaeohistoria 33/34, 1991-1992, 165-285; 35/36, 1993-1994, 169-306; 37/38, 1995-1996, 417-479; 41/42, 1999/2000, 447-471). Voorts voerde hij archeologisch onderzoek uit naar graven en nederzettingen in Havelte, Buinen, Noord-Barge, Dalen en Borger. Daarnaast publiceerde Kooi over rijke graven uit de ijzertijd en hoefijzervormige grondsporen ('De orkaan van 13 november 1972 en het ontstaan van "hoefijzervormige" grondsporen', Helinium 14, 57-65). Hij was lid van de Werkgroep Hunebedden (1983-1987) en redacteur van de Nieuwe Drentse Volksalmanak (1985-1987) en de Drentse Historische Reeks (1983-1989).