Los- en laadplaatsen voor turf langs de Hunze/Oostermoersche Vaart.
Toen het Schuitendiep rond 1400 was aangelegd en de Oostermoerse venen werden ontgonnen, werden overal lenten aangelegd. Lenten droegen meestal de namen van de veeneigenaren. Voorbeelden zijn het Hovings lent, het Niebuurs lent en het B. Poelmans lent. Leden van het Schuitenschuiversgilde (zie: Schippersgilden) laadden de turf uit de Anner-, Eexter-, en Gietervenen bij de verschillende lenten in en vervoerden dit naar Groningen met kleine turfschepen, de zogenaamde snabben.