(Nieuw-Buinen 1918 - Assen 1978) Bestuurder.
Kreeg als achttienjarige al de leiding van het boerenbedrijf van zijn vader. Was ook gauw actief in de agrarische en politieke wereld. De politieke bewustwording was hem reeds vroeg ingegoten door zijn vader, die CHU-raadslid in Borger was. Zelf richtte hij in 1945 de CHU-afdeling in Nieuw-Buinen weer op. Trip was meteen provinciaal actief, wat leidde tot zijn verkiezing als hoofdbestuurslid van de CHU. Hij werd ook HB-lid van de Veenkoloniale Boerenbond. In 1948 werd hij lid van de raad van Borger, in 1962 van Provinciale Staten. In 1968 werd hij verkozen tot lid van Gedeputeerde Staten in de vacature-Dekker. Hij bedankte toen voor tal van landelijke functies en voor het raadslidmaatschap. Als gedeputeerde kreeg hij in zijn portefeuille waterstaat, wegen, kanalen en de ruilverkavelingen. Daarnaast bekleedde hij nog een aantal regionale en landelijke functies. Hij was ook kerkvoogd.
Trip was indirect slachtoffer van de gijzeling van provinciaal personeel door Molukkers op 13 en 14 maart 1978. Hij stond op het punt om te worden doodgeschoten door de gijzelnemers, omdat niet aan hun eisen werd voldaan. Op het moment van executie vielen de mariniers binnen. Trip werd de enige gewonde van de bevrijdingsactie. Hij was niet dodelijk getroffen, maar had feitelijk al afscheid van het leven genomen. Enkele weken ziekenhuisverblijf hielpen hem niet meer over de drempel heen.