Stond in 1441 als Rudolphus de Utlo ingeschreven als student aan de universiteit van Erfurt. Hij zou door zijn ouders te vondeling zijn gelegd in het 'uiterste loo', het uutlo, het bos aan de rand van het kerspel Zuidwolde. Samen met Arnold de Hovele (Ten Heuvel) zou hij naar Erfurt zijn gekomen. In 1460 wordt hij vermeld als Rector Rudolffus de Suthwold, magister en baccalaureus mr. jur. In 1465 stelde hij het Ten Utloleen in, een stipendium of prebende, waarvan begaafde jongens uit Zuidwolde en Ruinen theologie konden studeren in Erfurt. De pastoors van Zuidwolde en Ruinen mochten ieder jaar vijf kandidaten voordragen, waarbij leden van de familie Ten Utlo voorrang hadden. Zeker tien jongens met de naam Utlo hebben op deze beurs gestudeerd. De laatste was Gerhardus ab Utlo, zoon van Jacobus van Utlo, tot 1594 priester in Nijeveen en daarna in Gasselte. Het is niet bekend, hoeveel anderen er gebruik van hebben gemaakt.

Vanuit het Ten Utloleen kon men na de Reformatie ook studeren voor predikant aan de universiteit in Franeker. In 1821 bedroeg het vermogen nog 531 Reichsthaler, belegd in Erfurter obligaties. Bij de opheffing van de universiteit is het geld opgeslokt door de stad Erfurt.

• Functie: Koeienhoeder
• Geboren:
• Gestorven:
• Geboren in:
• Gestorven in: