Het verschijnsel dat in betrekkelijk korte tijd in (half-)natuurlijke vegetaties grassen de overhand krijgen.
Door veranderingen in milieuomstandigheden als gevolg van de aanvoer van voedingsstoffen, zure regen of wijziging van het grondwaterpeil in voedselarme, stabiele gebieden verzwakt de natuurlijke begroeiing en neemt het aandeel van bepaalde grassen sterk toe. Op heide zijn dat vooral Pijpenstrootje en Bochtige smele. Zolang de externe milieu-invloeden niet kunnen worden beheerst, is het vrijwel onmogelijk deze ontwikkeling door verschraling teniet te doen.